Seiteninhalt
Stadsgeschiedenis
793 tot 1800
750 – 400 voor Chr.
Tot deze periode gaan de sporen van de vroege vestiging in het Münsterland terug.
1e – 4e eeuw na Chr.
Op de huidige Domplatz zijn er bewijzen van een nederzetting.
6e/7e eeuw
In het verdere bereik van de huidige stad – precieze lokalisering niet mogelijk – lag de Saksische nederzetting Mimigernaford (wil ongeveer zeggen “Voord van het volk van de Mimigers“).
793
Karel de Grote geeft de Friese edelman en geestelijke Liudger de opdracht tot missionering van het Münsterland en Friesland; Liudger richt bij Mimigernaford een klooster op als uitgangspunt voor zijn missies.
797
Liudger richt een school op, die later domschool wordt; het huidige Gymnasium Paulinum is hieruit ontstaan.
805
Münster wordt verheven tot bisdom; Liudger wordt de eerste bisschop van Münster, hij sterft echter reeds in 809.
rond 850
De eerste dom is voltooid.
1040
Met Heinrich III heeft Münster voor het eerst een koning; in aanwezigheid van vele aartsbisschoppen en bisschoppen worden de kerk en het vrouwenklooster Liebfrauen-Überwasser ingehuldigd.
rond 1050
De nieuwe parochiekerk St. Lamberti wordt opgericht.
1090
De nieuwe dom wordt ingehuldigd; de hoofdbouwwerken gebeurden onder bisschop Erpho, daarom ook de benaming “Erpho-Dom“.
1121
Door de belegering van Münster door hertog Lothar von Sachsen is er een brandcatastrofe; vele woonhuizen en de dom branden af.
sinds de jaren 1160
Elementen van het opgestelde parlement (burgervergadering, schepencollege, raad) zijn gevormd.
1169 tot ca. 1187
De parochiekerken St. Ludgeri, St. Aegidii en St. Martini ontstaan als parochies van St. Lamberti.
1174 tot 1203
Ambtsperiode van Hermann II, de eerste “prins-bisschop”: zijn met een hertog gelijk gestelde positie in het prinsbisdom Münster heeft hij te danken aan de val van de hertog van de Saksen Heinrich der Löwe (1180).
1229
Duitse kooplui sluiten met de vorst von Smolensk een verdrag voor de beveiliging van hun handelsactiviteit; twee kooplui uit Münster zijn erbij (begin van de Hanze).
1253
Münster, Dortmund, Soest en Lippstadt sluiten de “Werner Bund”, een stedenbond voor de wederzijdse bescherming, ook tegenover de eigen vorstelijke landsheer. In de loop van de 13e eeuw wordt de bond steeds opnieuw vernieuwd.
vanaf 1300
Münster is een invloedrijke Hanzestad.
rond 1350
Het stadhuis als “huis der burgers”, reeds in de oorkonden genoemd in 1250, krijgt voor een groot gedeelte zijn huidige gestalte; de pronkgevel werd wat later voltooid.
1443/45
Verwikkeling van Münster in de Soester Fehde.
1450 tot 1457
Münsterische Stiftsfehde; in de slacht bij Varlar (1454) vallen vele medestrijders uit Münster, “verhanzing” van de stad ten gevolge van de nederlaag; de gilden echter bevechten naast de erflieden een medewerkingsrecht aan het stadsregiment (gildestatuten).
1530
Bernhard Rothmann preekt in de geest van Martin Luther; begin van de Reformatie in de stad.
1533
“Dülmener Vertrag”: de stad erkent de bisschop als wereldlijke overheid – de bisschop erkent de reformatorische vernieuwingen in Münster.
1534/35
Begin van de massadoop bij volwassenen in het voorjaar van 1534, mensen die zich niet willen laten dopen moeten de stad verlaten. De wederdopers onder de leiding in Jan Mathys en Jan van Leiden krijgen de overhand in de stad: ze richten een door terror begeleid rijk op. Op 24 juni 1535 stormen de landsknechten van de bisschop en zijn bondgenoten binnen in de stad en richten een bloedbad aan. Ongeveer 4000 vrouwen en kinderen moeten de stad verlaten. De aanvoerders van het wederdoperrijk, Jan van Leiden, Bernd Knipperdollinck en Bernd Krechting worden geëxecuteerd, hun lijken in smeedijzeren korven aan de toren van de Lambertikerk uitgestald. De jaarlijkse raadsverkiezing wordt afgeschaft, de gilden worden verboden.
1553
De stad krijgt de stedelijke vrijheden en privileges terug,ze herstelt snel van de wederdoperscatastrofe.
1588
Prins-bisschop Ernst von Bayern haalt de jezuïeten naar Münster.
1618 tot 1648
Dertigjarige Oorlog; de stad Münster is goed versterkt en blijft gevrijwaard van oorlogshandelingen.
1641
Münster wordt neutrale congresstad, vanaf 1643/44 onderhandelen de vertegenwoordigers van de oorlogvoerende machten in de stad.
1648
De Dertigjarige Oorlog wordt beëindigd door de in Münster en Osnabrück gesloten Vrede van Münster. Reeds op 15 mei 1648 wordt in de raadkamer van het stadhuis, de huidige Friedenssaal, de Spaans-Nederlandse Vrede feestelijk bezegeld. Gesloten reeds op 30 januari was dit de “geboortedag” van Nederland.
1661
Münster verzet zich tegen haar bisschoppelijke heer; de “kanonbisschop“ Christoph Bernhard von Galen belegert en bombardeert de stad. Aloude vrijheden worden van de stad weggenomen, in het stadhuis wordt een bisschoppelijke stadswacht geherbergd.
1724
Eerste spadesteek voor het Max-Clemens-Kanal door de Keulse keurvorst en door de prins-bisschop van Münster Clemens August. De waterstraat moet Münster langs het Nederlandse waterwegennet ten slotte met de Noordzee verbinden. Ook wanneer het project niet volledig mislukte, waren er toch problemen: reeds bij de eerste proefvaart liep het schip door de geringe waterdiepte aan de grond, steeds weer ontbrak het geld om verder te bouwen. Het kanaal eindigde uiteindelijk aan de Maxhaven bij Wettringen, in 1840 werd het verkeer officieel stopgezet.
1757
De prinsbisschoppelijke bouwkundige en artilleriegeneraal Johann Conrad Schlaun voltooit het Erbdrostenhof, één van de prachtigste adelspaleizen van de late Duitse barok. Op enge ruimte vond hij een geniale ruimteoplossing in de stadsplanning. Bouwheer is de erfdrost vrijheer von Droste-Vischering, één van de vier hoogste waardigheidsbekleders in het vorstbisdom. Hij wilde de keurvorst en landsheer een waardig verblijf aanbieden – indien hij eens naar Münster zou komen.
1764
Minister Franz von Fürstenberg laat de stadsversterking aanslepen. In de plaats van de muur ontstaat een lindenallee met vier rijen rond de stad. De na tientallen jaren voltooide promenade omsluit ook vandaag als groene gordel het oude stadsgedeelte. Enkele schansen kunnen in de vorm van de uitgebreide parken nog aanschouwd worden, bijvoorbeeld de Kanonengraben, de Engelenschanze en de Kreuzschanze.
vanaf 1767
Op de plaats van de afgebroken citadel ontstaat volgens het ontwerp van Johann Conrad Schlaun († 1773) het laatste belangrijke kasteel van de Duitse barok. Wilhelm Ferdinand Lipper voltooit de binneninrichting in de stijl van het vroege classicisme. In de bommenoorlog wordt het kasteel tot op een paar resten van het fundament na verwoest.
1773
Oprichting van een landsuniversiteit, die in 1780 in vier faculteiten onderwijst. In 1818 wordt de universiteit verlaagd tot academie.
sinds 1787
Op uitnodiging van de vorstin Amalie von Gallitzin, initiatiefneemster en middelpunt van de intellectuele kring “familia sacra”, verblijft de Königbergse filosoof Johann Georg Hamann in Münster. In 1788 sterft de “Magus van het noorden” en wordt in de tuin van de vorstin in Angelmodde begraven en later verlegd naar het Überwasserkerkhof.
1792
Johann Wolfgang von Goethe bezoekt de vorstin Amalie von Gallitzin.
1797
Geboorte van Annette von Droste-Hülshoff, één van de belangrijkste Duitse dichteressen, op burcht Hülshoff. Van 1826 tot 1846 leeft ze in Haus Rüschhaus, het door Johann Conrad Schlaun gebouwde huis, in Münster-Nienberge. Vandaag is Haus Rüschhaus Droste-gedenkplaats.